Muursticker plakinstructie

Hoe plak je het beste een muursticker?

Wees er voor het plakken zeker van dat de muur niet geverfd is met een kalkhoudende –vaak matte- verf (bijv Farrow&Ball, Sikkens, Flexa extra mat). De sticker zal hier niet op hechten. Haal de sticker na ontvangst uit de koker en leg ‘m plat neer. Maak voordat je de sticker gaat plakken de muur stof- en vetvrij me teen sopje van ammoniak of spiritus en laat de muur goed drogen. De sticker dient aangebracht te worden bij kamertemperatuur; is de muur koud verwarm deze dan met een haardroger. Test eerst de hechting op de muur met het meegeleverde proefstukje: plak deze op de plek waar de sticker moet komen en kijk na een dag of het nog goed hecht. Is de muur net geverfd? Wacht dan minimaal 2 weken (bij buitenmuren liefst nog langer) met het aanbrengen van de sticker. Plak de sticker wel binnen 2 weken op de muur anders wordt de hechting minder. De sticker bestaat uit drie lagen:

1. Het rugpapier ( achtervel)
2. De sticker zelf
3. De semitransparante (wolkachtige) applicatiefolie

Het plakken van de sticker kan met een rakel (dit is een klein stukje plastic waarmee je de lucht onder de sticker kunt weg wrijven, of met een stukje plastic doen zoals bijv. een creditcard-achtig pasje). Gebruik bij muren met een licht structuur een (thee)doek om de sticker nog eens extra goed aan te wrijven. Houd verder schilderstape en een schaad bij de hand. Ze bij het plakken voldoende druk op de sticker, dit bevordert de kleefkracht in de toekomst.

1. Leg de sticker op een glad oppervlak en wrijf stevig over de applicatiefolie daar waar de sticker zit (zo blijft de sticker beter aan de applicatiefolie zitten).
2. Plak de folie met stukjes schilderstape op de juiste positie vast.
3. Plak over het midden van de folie tot over de ondergrond een stukje schilderstape als scharnier vast. Het stukje tape aan de helft die u gaat plakken verwijderen.
4. Sla een helft van de folie 180 graden om het scharnier en maak het rugpapier tot aan het scharnier los, doorsnijden of knippen. (let op dat u de sticker niet inknipt of insnijdt) en verwijderen.
5. De helft van de folie terugslaan en bij het scharnier beginnend met de rakel aandrukken. Wrijf stevig met de rakel van het midden uit naar buiten. Let op! Zorg dat de folie niet vroegtijdig al de ondergrond raakt maar pas als u de folie aanrakelt (van het midden naar buiten) anders ontstaan luchtbellen. Houd de folie dus iets boven de ondergrond vast en rakel met de andere hand van het midden naar buiten aan.
6. De tape-scharnier er gelijkmatig aftrekken.
7. De andere helft van de folie omslaan, het rugpapier verwijderen, de folie terugslaan en aandrukken (als 3 en 4).
8. Verwijder rustig en voorzichtig de applicatiefolie (weer zo vlak mogelijk), blijf er voortdurend op letten dat de sticker niet met de applicatie folie meekomt maar op de ondergrond blijft zitten. Laat de sticker los, stop dan en wacht zodat de lijmlaag nog beter kan hechten. Let ook bij kleine stickers op dat u goed de lucht uitwrijft. Mochten er nu onverhoopt toch luchtbelletjes ontstaan dan prikt u deze door met een fijn naald en duw voorzichtig de lucht via het gaatje weg. Hele kleine belletjes trekken vanzelf na een paar dagen weg, hier hoeft u dus geen gaatje in te prikken (dit worden zelfs lelijke vouwen als u hier direct iets aan gaat doen, laten wegtrekken dus).

Ben je na het lezen van deze plakinstructie toch nog wat huiverig. Op Youtube zijn diverse instructiefilmpjes te vinden. Heel veel succes!